Zacht zong ze het lied dat zich tussen haar gedachten door in het hoofd had genesteld, het lied wat haar hoofd al sinds het moment dat ze was opgestaan was binnengedrongen. Het maakte haar niet uit dat het in haar hoofd bleef drijven, ze had er geen moeite mee, het voorkwam dat alle gedachten in haar hoofd naar boven kwamen drijven. Wanneer ze teveel naar de stemmen in haar hoofd luisterde, ging ze deze vanzelf geloven, dus was het enkel een opluchting dat het lied de stemmen naar de achtergrond deed verplaatsen, te samen met de gedachten die bij de stemmen door haar hoofd dwarrelde. Met kalme passen liep ze door een park, om zich daar op een bankje te nestelen. Een gelukzalige glimlach was om haar lippen te vinden, lippen die bewogen, woorden vormden. “Yesterday, all my troubles seemed so far away. Now it looks as though they're here to stay. Oh, I believe in yesterday.” Haar stem was zacht, zoet, een puur geluid. Licht bewoog ze haar hoofd mee op de maat van de muziek, die in haar hoofd speelde. De lokken rood, licht rossig gekleurd bewogen mee met de beweging die haar hoofd maakte. De mintgroen gekleurde ogen glinsterden in het licht van de zon, maar al snel sloten deze zich, terwijl ze door bleef zingen. “Yesterday, love was such an easy game to play. Now I need a place to hide away. Oh, I believe in yesterday.” De stem deed haast magisch klinken, onbewust begon ze wat luider te zingen, maar nog steeds bleef haar stem zacht klinken. Ze hield van muziek, vanuit de verte klonken voetstappen, maar haar aandacht daar naar verplaatsen deed ze niet, de persoon zou vast verder lopen, zoals altijd. Plots schoof er een gedicht voor het lied, maar niet lang genoeg om te maken dat ze het noemde. Toch bleef het gedicht ergens in haar hoofd dwarrelen. “Why she had to go I don't know, she wouldn’t say. I said something wrong, now I long for yesterday.” Nog iets luider deed haar stem klinken, wanneer het refrein over haar lippen vloeide, maar dit deed ze niet opmerken. Ze opende haar ogen op het moment dat ze de voetstappen dichterbij hoorde klinken, maar nog steeds stopte dit haar niet van zingen, al zingend keek ze de persoon aan die dichterbij was gekomen.
NOTE: Ik heb géén idee waar dit heen zal gaan, maar ik schrijf graag met Zuzana.